Waar staan de hoofdletters en punten goed?
- Prinsjesdag is op de derde dinsdag van de maand. Weet jij welke maand?
- Prinsjesdag is op de derde dinsdag. Van de maand weet jij welke maand?
- Prinsjesdag is. Op de derde dinsdag van de maand weet jij welke maand?
Waar staan de hoofdletters en punten goed?
- In de garage vertelt de automonteur: 'Tijdens een testrit luister ik goed naar de motor.'
- In de garage. 'Vertelt de automonteur tijdens een testrit luister ik goed naar de motor.'
- In de garage vertelt de automonteur tijdens een testrit: 'Luister ik goed naar de motor.'
Achter welke zin moet een uitroepteken?
- De peuter blèrt: 'Ik wil ook een ijsje'
- De moeder werd gek van de blèrende peuter
- De peuter bleef maar blèren
In welke zin staan de leestekens goed?
- De oma kreunt haas onverstaanbaar: 'Mag ik thee?'
- Ik denk: 'Aan een warm zonnetje.'
- Bowie vertelt: 'Sam een goede mop.'
Achter welke zin moet een vraagteken?
- Heb je de sleutel nog wel
- Ik vraag me wel af hoe dit nu verder moet
- Dat soort vragen moet je aan de directeur stellen
In welke zin staat de dubbele punt op de juiste plaats?
- Het koor zong in de kerk met kerst deze liederen: Ere zij God, Komt allen tezamen en Stille nacht.
- Het koor zong in de kerk: met kerst deze liederen Ere zij God, Komt allen tezamen en Stille nacht.
- Het koor zong in de kerk met kerst: deze liederen Ere zij God, Komt allen tezamen en Stille nacht.
In welke zin staat de dubbele punt op de juiste plaats?
- Er zijn twee mogelijkheden: het gaat door of het gaat niet door.
- Er zijn twee: mogelijkheden het gaat door of het gaat niet door.
- Er zijn twee mogelijkheden het gaat door of: het gaat niet door.
In welke zin moet een komma staan?
- Het toetje is ijstaart maar helemaal zeker is dat nog niet.
- Het toetje kan ijstaart zijn of chocoladepudding.
- De keuze voor het toetje is nog niet gemaakt.
In welke zin staan de leestekens op de juiste plaats
- 'Straks show ik mijn aankopen van vandaag', zegt Lovi bij binnenkomst.
- 'Straks show ik mijn aankopen'. Van vandaag, zegt Lovi bij binnenkomst.
- 'Straks show ik mijn aankopen van vandaag, zegt Lovi', bij binnenkomst.
In welke zin staan de leestekens goed?
- 'Laat die stok liggen!' riep tante Suus, maar de verwarde man riep: 'Dat bepaal ik zelf wel!'
- 'Laat die stok liggen! riep tante Suus', maar de verwarde man riep: 'Dat bepaal ik zelf wel!'
- 'Laat die stok liggen! riep tante Suus', maar 'de verwarde man riep: Dat bepaal ik zelf wel!'